Beschrijving
Iedere keer dat een kind leert lopen en rennen zijn we getuige van een wonder, eigenlijk van meerdere wonderen. Wat is er niet allemaal voor nodig? De zuigeling is volledig afhankelijk van de volwassenen om zich van hier naar daar te verplaatsen. Een paar jaar later rent hetzelfde kind over het schoolplein en nog weer een paar later over het sportveld. Geleidelijk aan gaat het kind z’n eigen weg.
Dit cahier beschrijft de wonderen die nodig zijn op deze route. Het zal duidelijk worden dat het niet een geleidelijke weg is. De ontwikkeling van het voortbewegen verloopt in fases. In deze fases zullen we de verschillende delen van het menselijk organisme verkennen. In het antroposofische spraakgebruik worden die delen wezensdelen genoemd. Ik zal de termen fysiek lichaam, levenslichaam, zielelichaam, ik-organisatie gebruiken; ik probeer dat op zo’n manier te doen dat het geen antroposofische geheimtaal is, maar goed te volgen Nederlands.
Om te bewegen zijn spieren nodig en verschillende vormen van zenuwweefsel. Ook die termen zal ik proberen zo te beschrijven, dat er geen gespecialiseerde vakkennis voor nodig is.
Ik nodig u als lezer uit getuige te worden van de wonderen van de ontwikkeling van het voortbewegen.
Dit cahier is ook verkrijgbaar in Boekerij De Phoenix in Zeist en in de winkel van het Van Damhuis in Haarlem.